Collecties

De Gutt-operatie : alles voor het ‘Belgische mirakel’

Door Julie Martimucci, Marlies Fret

Bij de tachtigste verjaardag van de Gutt-operatie blikt dit artikel terug op deze bij het grote publiek weinig bekende gebeurtenis, die een grote economische invloed had op België.

File devant la Banque nationale lors de l'Opération de Gutt. Photo.

België bezet

Exemples de différence de prix entre 1939 et 1944

Bij het begin van de Tweede Wereldoorlog capituleert België in mei 1940, en terwijl de regering in ballingschap gaat ten teken van verzet, valt het land zelf in handen van het Reich.

De inflatie die na de Eerste Wereldoorlog een groot deel van de Europese landen, waaronder België, had getroffen, ligt nog vers in het geheugen. Om die reden smeedt de regering in ballingschap al snel plannen om de naoorlogse periode voor te bereiden. Tijdens de oorlogsjaren ondermijnen de nazi’s de Belgische monetaire economie door onder meer een grote hoeveelheid bankbiljetten uit te geven. In vier jaar bezetting verdrievoudigt de geldhoeveelheid.  Tegelijkertijd maakt de oorlogseconomie levensnoodzakelijke goederen steeds schaarser, en bijgevolg steeds duurder. België valt ten prooi aan een inflatie die de hele oorlog lang toeneemt, wat de koopkracht van de Belgen sterk aantast. Zo is het aan het einde van de oorlog mogelijk op de zwarte markt 1 kg koffie te vinden voor meer dan 2000 BEF, terwijl datzelfde product in 1939 slechts iets minder dan 20 frank kostte. De regering in ballingschap heeft dus te kampen met een onbedwingbaar lijkende inflatie en zoekt een oplossing voor de toekomstige monetaire chaos na de bevrijding.

Inflatie 1939-1944, prijzen in Belgische frank. Uittreksel uit Baudhuin, Fernand, L’économie belge
sous l’occupation 1940-1944, Brussel, Etablissements Emile Bruylant, 1945.

De bedenker van die oplossing heet Camille Gutt, die reeds in 1934 minister van Financiën was. Deze grote econoom ontwierp, samen met toenmalig directeur van de Nationale Bank van België Adolphe Baudewyns, een saneringsplan voor de Belgische economie. Dat plan behelsde een grote monetaire, fiscale, sociale en industriële hervorming en omvatte tal van uiteenlopende maatregelen. Het werd bijna unaniem gesteund door de monetaire en financiële deskundigen in het bezette België en zou de geschiedenis ingaan als de ‘Gutt-operatie’.

 Camille Gutt, geboren als Guttenstein, 1884-1971, minister van 
Financiën in België van 1934 tot 1935 en van 1939 tot 1945.

Camille Gutt, né Guttenstein, 1884-1971, ministre des Finances en Belgique de 1934 à 1935 et de 1939 à 1945
© NBBMuseum

De Gutt-operatie

Waarom?

De zogenoemde Gutt-operatie is in feite maar een onderdeel van de voor het land geplande hervorming. Het is echter deze operatie die in de herinnering voortleeft. Twee technische en sociale redenen lagen ten grondslag aan die befaamde operatie: ten eerste wilde de overheid inflatie na de oorlog voorkomen en de reeds bestaande inflatie geleidelijk wegwerken, om terug te keren naar een koopkracht die coherent is ten opzichte van de lonen. Ten tweede nam ze zich voor de illegale Duitse tegoeden op te sporen en de winsten van de Belgische oorlogsprofiteurs aan het licht te brengen.

Om die doelstellingen te bereiken, nam de Gutt-operatie alle biljetten vanaf 100 Belgische frank uit omloop om ze te vervangen door een nieuwe reeks bankbiljetten. Die ingreep zou de Nationale Bank in staat stellen om een beter zicht te krijgen op de in het land in omloop zijnde geldhoeveelheid.

Hoe?

Om de operatie kans van slagen te geven, was het belangrijk snel te handelen om de collaborateurs te verrassen die zich tijdens de oorlog hadden verrijkt, vaak door te profiteren van de ellende van anderen. Toen ving een race tegen de klok aan: de nieuwe bankbiljetten werden vanaf maart 1944 gedrukt in Londen, terwijl de oorlog nog volop woedde. De landing in Normandië vond plaats op 6 juni en België werd bevrijd verklaard vanaf 2 september. Op vrijdag 6 oktober maakte de minister van Financiën Camille Gutt dan in een radioboodschap zijn plan bekend aan de Belgische bevolking. In die boodschap vernamen de burgers dat ze vanaf maandag 9 oktober en tot vrijdag 13 oktober hun bankbiljetten dienden om te wisselen bij de Nationale Bank van België of in een van haar agentschappen. De Belgen hadden dus vijf dagen, en niet één meer, om hun bankbiljetten om te wisselen, waarna deze eenvoudigweg geen wettig betaalmiddel meer zouden zijn; de door hen bewaarde oude biljetten zouden gewoonweg waardeloos worden. De operatie had betrekking op alle bankbiljetten vanaf 100 BEF. De biljetten van 50 BEF en minder mochten in omloop blijven, net als de muntstukken. 

De omwisseling van bankbiljetten werd echter beperkt. Per gezinslid werd een maximumbedrag van 2000 BEF opgelegd (dat moest worden geïnd door het gezinshoofd). Dat betekende bijvoorbeeld dat iemand uit een eenpersoonsgezin die aan het loket kwam met 50 000 BEF, met slechts 2000 BEF zou terugkeren. Nam de Staat dan van die burger 48 000 BEF volledig in beslag? Dat klopt niet helemaal: de rest werd op een particuliere bankrekening geplaatst. Hoewel dat geld niet onmiddellijk in contanten kon worden opgenomen, beloofde de overheid dat het voor andere doeleinden zou dienen: om diverse belastingen en taksen te betalen ... En dit enkel na nauwkeurig onderzoek! In afwachting werd de rekening geblokkeerd. In haar kruistocht tegen collaborateurs bekeek de overheid immers geval per geval elke mogelijk verdachte rekening.

Tijdens de jaren na de Gutt-operatie voerde de Staat een streng beleid tegen winsten die werden beschouwd als onrechtmatig verworven gedurende de oorlogsjaren. Van de op elke rekening geblokkeerde tegoeden werd 40% gaandeweg door de regering vrijgegeven in de loop van het economische herstel. Omdat de bevolking tijdens de oorlogsjaren, ondanks de bezetting, was blijven leven, werken en haar geld gebruiken, werden de overige 60% voor iedereen aangemerkt als ‘oorlogswinsten’ waarop een belasting van 70 tot 95% werd geheven. Er bestond echter een nog zwaardere belasting van 100%, de zogenoemde confiscatiebelasting, op de winsten van rechtstreeks aan de vijand verleende diensten.

Van de destijds relatief weinige houders van bankrekeningen werden de tegoeden eveneens bevroren. Ze hadden de keuze tussen twee mogelijkheden: 10% terugkrijgen van het bedrag dat op de rekening stond op 8 oktober 1944, de dag vóór de Gutt-operatie, of het volledige bedrag opnemen dat ze op hun rekening hadden op 9 mei 1940, de dag vóór Duitsland de oorlog verklaarde aan België.

Billet de 100 BEF produit à Londres lors de l'Opération Gutt
© NBBMuseum

Nieuw biljet van 100 BEF, serie Londen, museumcollectie. 

Caricature de Camille Gutt
© NBBMuseum

Briefkaart, museumcollectie. Het centrale motief is vervangen door een karikatuur van Gutt zelf. 

Een goed idee?

De Gutt-operatie vond plaats van 9 tot 13 oktober 1944 en het resultaat ervan was onbetwistbaar: de geldhoeveelheid werd met twee derde verminderd. België kon zich dus na de Tweede Wereldoorlog snel ontdoen van de inflatie. In het buitenland werd dit wonder ‘het Belgische mirakel’ genoemd. Het vlakke land zou een van de weinige rechtstreeks door de oorlog getroffen naties zijn waar de economische bedrijvigheid, vanaf 1947-1948, weer een niveau bereikte dat vergelijkbaar was met dat in 1938. 

Het succes was nochtans niet gegarandeerd. Op het ogenblik van die drastische beslissing was de publieke opinie deze helemaal niet gunstig gezind; de Belgische bevolking was zelfs gechoqueerd. Camille Gutt werd aanzien als een politicus zonder scrupules, als gezant van een Staat die zijn burgers besteelt! Hij kreeg kritiek en werd zelfs tot een karikatuur gemaakt, zoals onder meer te zien is op de postkaart in de illustratie, waarop een bankbiljet van 100 BEF, serie Londen, is afgebeeld. Vele burgers geloofden niet in die nieuwe ‘Gutt-franken’ en sommigen weigerden zelfs hun biljetten om te wisselen. Naar schatting 4% van de totale geldomloop zou nooit worden aangegeven. In zoverre dat zelfs vandaag nog koffers of andere bergplaatsen met bankbiljetten worden gevonden, die werden verborgen door mensen die hoopten dat ze die ooit zouden kunnen hergebruiken … Vandaag de dag is het nog altijd mogelijk bankbiljetten in Belgische frank om te wisselen bij de Nationale Bank van België, maar enkel biljetten van ten minste 100 BEF die na 1944 werden uitgegeven. 

Ondanks zijn ondermaatse populariteit bij de Belgen, kreeg Camille Gutt internationale erkenning. Hij werd de eerste directeur-generaal van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) dat werd opgericht als gevolg van de Bretton Woods-akkoorden. Verscheidene landen volgden het model van de befaamde ‘Gutt-operatie’, met name Nederland, Denemarken en Tsjechoslowakije. Frankrijk zou het Belgische model niet volgen en zou tot in de jaren 1960 de gevolgen ondervinden van de inflatie na de Tweede Wereldoorlog.

Trésor de billets non échangés
© Michel Van Den Broek

Schat van 22 vooroorlogse bankbiljetten die bestaat uit biljetten van 100 BEF, 5000 BEF en 1000 BEF. Deze biljetten waren in katoendraad gewikkeld en in twee flessen gestopt. Die flessen werden begraven onder de vloer van een boerderij in Laarne en werden in 1996 teruggevonden. In totaal ging het om een ‘schat’ van 8 400 BEF.

De Gutt-operatie in onze collecties

Nieuw biljet van 100 BEF, serie Londen.

Billet de 100 BEF produit à Londres lors de l'Opération Gutt
© NBBMuseum

Het biljetontwerp is van de hand van de Antwerpse kunstenaar-schilder Emile Vloors. Aan weerszijden van de centrale tekening staan de hoofden van koning Albert I en koningin Elisabeth tegenover elkaar. In de resterende ruimte aan de zijkanten staan de naam van de uitgever, de handtekeningen, de nominale waarde en de vermelding ‘op zicht betaalbaar’. Tussen de koninklijke portretten wordt een jonge vrouw afgebeeld die België belichaamt. De voorwerpen in haar handen, een koninklijke kroon afgezet met bloemen en een slinger van vruchten, symboliseren de monarchie en overvloed. De achtergrond bestaat uit een met klimop omzoomde cirkel met het hoofd van Leopold I in het watermerk.


Briefkaart, karikatuur van Camille Gutt. 

Caricature de Camille Gutt
© NBBMuseum

Het centrale motief is vervangen door een karikatuur van Gutt zelf. Zijn hoofd rust op een zak bankbiljetten in plaats van op de koninklijke kroon; aan zijn voeten ligt een aktetas; de vruchten in zijn handen of om hem heen zijn veel minder overvloedig dan op het origineel en zijn voorzien van prijskaartjes; de koninklijke portretten werden vervangen door het woord ‘Gutt’; in de rechterbovenhoek staat de tekst ‘overschrijd de aangegeven hoeveelheid niet’ als verwijzing naar de limiet van 2 000 BEF per gezinslid; elders is de datum ‘9 oktober’ te zien, de begindatum van de Gutt-operatie; tot slot werd de vermelding ‘Nationale Bank van België’ vervangen door ‘Bank van de rekening van Gutt’.


Bibliografie

  • Nationale Bank van België. Belgische frankbiljetten omwisselen. [Online]. <https://www.nbb.be/nl/biljetten-en-munten/omwisselen-van-biljetten-en-m…;. (Geraadpleegd op 25 juni 2024).
  • BAUDHUIN, Fernand, L’économie belge sous l’occupation 1940-1944, Brussel, Etablissements Emile Bruylant, 1945.
  • BUYST, ERIK, et al. (2005), De Bank, de frank en de euro: anderhalve eeuw Nationale Bank van België, Tielt, Lannoo.
  • CASSIERS, Isabelle, LEDENT, Philippe, La Banque nationale de Belgique 1939-1971, Politique Monétaire et croissance économique en Belgique à l’ère de Bretton Woods (1944-1971), deel 4, Brussel, Nationale Bank van België, 2005.
  • CHÉLINI, Michel-Pierre, Inflation, État et opinion en France de 1944 à 1952, Vincennes, Comité pour l’histoire économique et financière de la France, 1998.
  • CROMBOIS, Jean-François, « Camille Gutt », Nouvelle Biographie nationale, Brussel, Académie royale de Belgique, deel 6, 2001, pp. 228-232.
  • MAES, Ivo, A century of macroeconomic and monetary thought at the National Bank of Belgium, Brussel, Nationale Bank van België, 2010.
  • TE BOEKHORST, Ben, DANNEEL, Marianne, RANDAXHE, Yves, Adieu frank : het boeiende verhaal van België en zijn geld, Tielt, Nationale Bank van België en Lannoo, 2001.
  • VAN DER WEE, Herman, VERBREYT, Monique, Oorlog en monetaire politiek: de Nationale Bank van België, de Emissiebank te Brussel en de Belgische regering, 1939-1945, deel 1, Brussel, Nationale Bank van België, 2005.
  • VANDEPUTTE, Robert, Economische geschiedenis van België, 1944-1984, Tielt/Weesp, Lannoo, 1985.